Afgelopen jaar heeft LTO Noord in samenwerking met Natuur en Milieu Federatie Utrecht een windplan gerealiseerd in de provincie Utrecht. De essentie was om de interesse van boeren in de provincie te peilen. Verrassend veel boeren deden mee met het onderzoek. Wat is de rol van LTO Noord?
Provincie Utrecht heeft in 2023 een 'Milieu Effect Rapportage' uitgevoerd. Dat gaf inzicht in de ruimtelijke en ecologische aspecten die getoetst moeten worden om de haalbaarheid van windplannen te bepalen. Maar in hoeverre is er draagvlak onder de agrariërs die in de voorlopig aangewezen zoekgebieden hun bedrijf hebben? Ton van Schie, bestuurder LTO Noord regio West met de portefeuille energie: “Politiek gezien staan we qua belangen niet altijd op dezelfde lijn met de provincie en Federatie, als het gaat om natuur versus landbouw. Echter, op het vlak van duurzame energie kunnen we elkaar prima vinden. En weet: alleen ga je snel, maar samen kom je verder!”
Henk Lok, projectleider team Energie duidt de aanpak: “LTO Noord heeft op verzoek van de provincie Utrecht met het regiobestuur West en de lokale Utrechtse afdelingen de animo onder agrariërs in kaart gebracht. Doel was om de belangen van leden voor de realisatie van wind op land goed in beeld te krijgen. Immers, wat zijn de kansen die boeren zien om wel of niet te participeren in dergelijke windplannen?”
Er is een online enquête uitgezet en een informatiebijeenkomst georganiseerd. Vervolgens is er ingezoomd met een aantal gesprekken met agrarisch ondernemers. Wat is hun motivatie om voor of tegen het zoekgebied te zijn? Dit heeft geresulteerd in een concreet rapport met een inventarisatie van het organisatievermogen en grondpositie van agrarisch ondernemers. Dat wordt meegenomen in de besluitvorming ter aanwijzing van waar wind op land gerealiseerd mag gaan worden.
Geert Ritsema, bestuurder van de Natuur en Milieu Federatie Utrecht: “Meer windenergie is nodig om de klimaatdoelen te halen en kan voor ondernemers, inwoners en agrariërs een interessant verdienmodel opleveren. Daarom ben ik erg blij met deze inventarisatie en de goede samenwerking met LTO.”