Het collectief, dat zich inzet voor de belangen van de agrarische sector, uitte ernstige zorgen over het stikstofbeleid van zowel de provincie Utrecht als het Rijk.
De oproep, die volgt op een eerdere brief van november 2022, benadrukt het gebrek aan vertrouwen tussen boeren, tuinders en de overheid. Het collectief is in principe voor gebiedsgerichte aanpakken, maar alleen onder de voorwaarde van voldoende toekomstperspectief en een hersteld vertrouwen tussen boeren, tuinders en de overheid. Recente voorbeelden van beleidsmaatregelen, zoals het gebruik van verouderde gegevens en tariefsverlagingen, hebben het wantrouwen verder vergroot.
Onvoldoende perspectief
Volgens het Stikstofcollectief Utrecht zijn de huidige uitgangsposities onvoldoende voor de agrarische sector om deel te nemen aan gebiedsprocessen. Enkele kernpunten die het collectief benadrukt zijn onder andere de legalisatie van PAS-melders, een centraal toekomstperspectief voor de landbouw in gebiedsplannen, evenredige bijdragen van alle sectoren aan emissiereductie, en een grondpuzzel waarin grondeigenaren en -gebruikers een leidende rol spelen.
Financiële zekerheid
De oproep onderstreept ook de noodzaak van financiële zekerheid, een van onderuit gedragen gebiedsplan, en een betrouwbare overheid. Het collectief benadrukt dat boeren en tuinders een passende werkvergoeding moeten ontvangen voor hun bijdrage aan de totstandkoming van gebiedsprocessen. Bovendien wordt vrijwillige deelname als een harde voorwaarde gesteld voor de participatie van boeren en tuinders in dergelijke processen.
De oproep van Stikstofcollectief Utrecht komt op een moment van toenemende onzekerheid en roept op tot een tegemoetkoming op de genoemde punten, om zo duurzame oplossingen te vinden voor de stikstofproblematiek in de provincie Utrecht. Het Stikstofcollectief blijft hierover in gesprek met de provincie.