Beter ganzenbeheer in Gelderland - welke 4 verbeterpunten ziet LTO Noord?

  • Gelderland
  • Regio Oost

Hoe kunnen we de ganzenoverlast in Gelderland terugbrengen, dan wel agrariërs een eerlijker compensatie bieden voor de vraatschade? Met die boodschap sprak ons lid Wilco Nieuwenhuis op 16 oktober in bij Provinciale Staten van Gelderland.

Wilco Nieuwenhuis is bestuurslid afdeling Zuid-Oost Veluwe én biologisch melkveehouder en akkerbouwer in Velp. In zijn bedrijfsvoering heeft hij regelmatig te maken met ganzenoverlast. Omdat hij de problematiek goed kent, sprak hij in namens LTO Noord.

Wat wil LTO Noord veranderen in de ganzenaanpak in Gelderland?

  1. Ganzenaantallen
    Hoewel provincie Gelderland in onze ogen de agrarische belangen onderkent, zien wij twee verbeterpunten: 1) gemeenten actiever betrekken bij de aanpak van ganzenproblematiek in de vorm van nestbehandeling. 2) Ruivangst (het vangen en doden van ganzen in de periode dat ze niet vliegen) kan de aantallen flink beperken.

  2. Ganzenrustgebieden 
    Agrariërs die boeren op rustgebieden, krijgen naast de getaxeerde schade een toeslag van € 50 per schadehectare. Dit bedrag is nooit geïndexeerd; dat zet het draagvlak voor deelname aan ganzenrustgebieden onder druk. Wij vragen daarom om deze maatschappelijke dienst te verhogen tot € 75 euro per schadehectare.

  3. Vergoeding op natuurgronden
    De provincie stelt dat gronden gelegen in het Gelders Natuurnetwerk (GNN) niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming voor faunaschade. De Raad van State heeft echter geoordeeld dat ook op natuurpercelen sprake is van tegemoetkoming. We vragen de provincie daarom om haar besluit te heroverwegen.

  4. Indirecte schade door gans, bever en das ook vergoeden
    We doen een oproep om indirecte schades ook te vergoeden. Dit geldt naast ganzenschade ook voor bever- en dassenschade. Zo komt natschade door bevers niet in aanmerking, terwijl er wel degelijk grote schade kan zijn. Ook de das leidt tot extra werkzaamheden door geknakte maisstengels, en tot een lagere maïskwaliteit door schimmelvorming. Er ontstaat bij agrariërs steeds meer ergernis over deze indirecte schade, ook omdat dierpopulaties groeien. Om draagvlak te behouden raden wij dan ook aan om deze indirecte schades te vergoeden.