Martin Immink: "Conclusies waterkwaliteit Gelderland zijn te voorbarig"

  • Regio Oost

Voor het platform Vee & Gewas heeft Martin Immink, onze regiobestuurder in Oost, in een interview zijn zienswijze gegeven op waterverontreiniging. Dit naar aanleiding van het standpunt van de provincie Gelderland dat vooral gewasbeschermingsmiddelen daar debet aan zijn.

Martin Immink, namens LTO Noord lid van de bestuurlijke stuurgroep van het Uitvoeringsprogramma Gebiedsdossiers Grondwaterbescherming: "Die conclusie is veel te voorbarig." 

Hieronder vind je enkele highlights uit het verhaal.

    • Gelderland trekt aan de bel voor de waterkwaliteit in grondwaterbeschermingsgebieden. Volgens de provincie ligt het vooral aan te hoge concentraties gewasbeschermingsmiddelen. Martin Immink vindt die conclusie voorbarig. „Sommige restproducten van gewasbeschermingsmiddelen zijn hetzelfde als van wasmiddel. Dus je kunt niet zeggen dat alle uitspoeling van de boeren komt. Er wordt te veel met de vinger naar de landbouw gewezen.".
    • Volgens Immink kloppen de hoge concentraties wel. „Een derde daarvan komt uit het stedelijke gebied, een derde van boeren die hun spuitmachine niet goed schoonmaken en een derde door onzorgvuldig gebruik op het veld, bijvoorbeeld boeren die spuiten als het te veel waait of als het te droog is. Daar valt nog winst te behalen.”
    • Immink pleit voor een meer individuele aanpak. „Als een paar boeren de spuitmachine onzorgvuldig schoonmaken, dan moet daar gewoon gehandhaafd worden. Het zou jammer zijn als de goede boeren onder de kwade lijden. De provincie kan voor 90 procent herleiden waar de bron van verontreiniging vandaan komt. Zo kun je bijvoorbeeld met een aantal boeren uit een van de gebieden om tafel gaan zitten om te bespreken wat er beter kan.”
    • Volgens Immink ligt in bewustwording een deel van de oplossing. „Boeren moeten zich ervan bewust zijn dat als ze niet honderd procent hun best gaan doen, middelen verboden gaan worden. Die kans acht ik reëel en dat zou jammer zijn. Want als alle boeren honderd procent hun best doen, dan is de emissie en uitspoeling nagenoeg nul. Daar willen we naartoe als LTO.”
    • LTO pleit dan ook voor vrijwillige maatregelen. Adviesbureau CLM heeft bijvoorbeeld een mooie toolkit, waarmee je kunt zien wat het beste moment is om te spuiten. Als je gaat spuiten op het moment dat de temperatuur goed is en er weinig wind is, dan kun je met een derde van de middelen al uit de voeten. Als je dat doet, dan is de emissie al nagenoeg nul. Dat is een mooie maatregel die boeren vrijwillig kunnen nemen. Daar moeten we veel meer op in gaan zetten, in plaats van rigoureuze maatregelen, zoals verboden. Dat is niet meer van deze tijd, vind ik.”