LTO Noord roept haar leden in Fryslân op om alle schade die zij ervaren van overzomerende grauwe ganzen te gaan melden, of beter nog, hier een tegemoetkoming in de schade op aan te vragen. De schade veroorzaakt door overzomerende grauwe ganzen in Fryslân loopt deze zomer ernstig uit de hand.
De actuele discussie over overzomerende grauwe ganzen is op gang gekomen door een vergunning die de provincie op 5 april jl. aan de Faunabeheereenheid (FBE) Friesland heeft afgegeven. Deze vergunning geeft mogelijkheden om met afschot het probleem van de overzomerende grauwe ganzen enigszins te beteugelen. Er is in kringen van landbouwers en faunabeheerders veel kritiek op de vergunning, omdat deze de mogelijkheden om inderdaad afschot te plegen ernstig beperkt. Zo zijn er zones van 300 meter rond N2000 gebieden waar niet geschoten mag worden en zijn ook de NNN en weidevogel kans- of kerngebieden uitgesloten. Dit is uiterst frustrerend omdat dit juist de gebieden zijn waar de overzomerende grauwe ganzen in grote getalen zitten.
Veel agrarische ondernemers zien deze zomer met lede ogen aan hoe de populatie overzomerende grauwe ganzen enorm groeit en aanzienlijke schade toebrengt aan graslandpercelen.
In Fryslân wordt vanaf 2025 nieuw ganzenbeleid uitgerold. Het oplossen van het probleem van de overzomerende ganzen staat daarin centraal. Om de drastische maatregelen die LTO Noord voorstelt te onderbouwen, is het belangrijk dat de cijfers uit 2024 laten zien wat de impact van de grote zomerganzenpopulatie is.
De beste manier om de cijfers helder te krijgen, is door een tegemoetkoming in de schade aan te vragen via mijnfaunazaken.nl. Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming in de schade moet je voldoen aan een aantal voorwaarden. Schade moet gemeld worden binnen zeven werkdagen nadat de schade geconstateerd is. Je moet kunnen onderbouwen dat je alles in het werk hebt gesteld om schade te voorkomen. Zo moet je kunnen aantonen dat je preventieve maatregelen hebt genomen conform de Faunaschade Preventiekit voor ganzen van BIJ12, dat je zelf verjaagacties onderneemt en dat je, als er ondersteunend afschot mag plaatsvinden, ten minste 2x per week ondersteunend afschot uitvoert of laat uitvoeren door een jager of andere uitvoerder. Dit heet adequaat gebruik.
Met het oog op de eerder genoemde vergunning is het op veel plekken lastig of zelfs onmogelijk om te voldoen aan de plicht om tweemaal per week ondersteunend afschot te plegen. Als je een tegemoetkoming aanvraagt, is er de plicht om buiten de uitgesloten gebieden ondersteunend afschot toe te passen. Overleg met de jager hierover is van belang om de uitkering niet mis te lopen.