De Drentse Koe startte in 1999 als ijsboerderij met een springkussen erbij en is inmiddels een begrip in grote delen van Overijssel en Drenthe. Gaandeweg kwamen er meer speeltoestellen bij, zowel binnen in de voormalige stallen en schuren als buiten op het ruime erf. Twaalf man personeel zorgt ervoor dat de catering goed loopt, dat alles mooi schoon blijft en dat er entertainment is voor de kleintjes.
‘Erik waakt over de techniek, ik ben er voor het toezicht en de horeca-afdeling’, vertelt Van der Linde over de rolverdeling op het bedrijf. Een van hun kinderen werkt inmiddels ook mee. ‘Kinderen en hun begeleiders komen tot van Assen en achter Ommen naar ons toe. Dat zijn niet alleen inwoners uit de regio, maar zeker ook campinggasten.’
Van der Linde verwacht dan ook niet dat het aantal bezoekers de komende dagen snel afneemt. ‘Gelukkig maar, want we hebben na zes maanden sluiting wegens de coronalockdown wel wat in te halen.’
Hoewel de melkkoeien in 2017 werden ingeruild voor meer speelruimte, is De Drentse Koe nog wel degelijk een boerderij. Zo houden de ondernemers kalveren en pinken voor de opfok en exploiteren ze 40 hectare bouwland. ‘Erik voelt zich nog echt boer, die wordt ongelukkig zonder dieren of land’, verklaart Van der Linde. De melk voor het boerderij-ijs komt nu van zwager Jan Jongbloed uit Dwingeloo.
Geen spijt
Spijt van de switch naar recreatie heeft de boerin niet. ‘Koeien houden is mooi, maar het voordeel van een speelboerderij is dat de gasten uiterlijk om 18 uur weer naar huis gaan. Met koeien ben je vaak ook daarna nog bezig’, aldus Van der Linde die geen specifieke opleiding in de recreatie zegt te hebben gevolgd.
‘Het is zo gegroeid. Je moet goed kijken wat mensen willen en altijd openstaan voor nieuwe ideeën. Andere boeren komen hier weleens langs, zijn nieuwsgierig of het voor hen wat is. Maar wat wij hier nu hebben, is er verder nog niet’, besluit de ondernemer.