Dirk Johan Feenstra van Projecten LTO Noord ging in op het project ‘Perceelsemissie in de hand’.
Wat merk je in de lobby van de discussie over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, wil LTO Noord-voorzitter Dirk Bruins weten van Beuling. ‘Het gaat bij het toekennen of opnieuw registeren van middelen nog steeds om de technische resultaten van wetenschappelijk onderbouwd onderzoek’, legt het bestuurslid van LTO-vakgroep Akkerbouw uit.
‘Maar de beoordeling van technische resultaten is anders dan in het verleden. De maatschappij en de politiek kijken hier nu anders naar. Omwonenden spelen daarin ook een rol. Voor ons als sector blijft het belangrijk om te vertellen wat je doet en waarom je het doet. Houd rekening met je omgeving. Hoe wij ons gedragen, kan de basis zijn voor het behoud van middelen.’
LTO-vakgroep Akkerbouw zoekt met BO Akkerbouw naar alternatieven voor gewasbeschermingsmiddelen, zoals groene middelen, precisielandbouw en veredeling. ‘De maatschappij vraagt verandering, maar dat kan niet zo snel’, stelt Beuling. ‘De Toekomstvisie gewasbescherming 2030 van het ministerie van LNV is gericht op de lange termijn, maar op de korte termijn moet je wel vooruit kunnen als teler. Daar ligt een grote uitdaging.’
Over glyfosaat zegt het bestuurslid van LTO-vakgroep Akkerbouw: ‘Tot 15 december 2022 is dit toegekend. Het middel willen we in kunnen blijven zetten voor plaatsspecifiek gebruik, bijvoorbeeld voor aardappelopslag in bieten of uien. We zijn proactief aan de slag met alternatieven. Dat is belangrijk. Ik zeg niet dat we glyfosaat kunnen behouden, maar als we samen laten zien dat we naar alternatieven kijken, dan kan dat helpen.’
Bekijk de webinar hier terug.
Minder afspoeling uienteelt
Feenstra is projectleider van het project ‘Perceelsemissie in de hand Fryslân’, gericht op het verminderen van de af- en uitspoeling van gewasbeschermingsmiddelen naar het op-pervlaktewater. ‘Zes jaar geleden gaven meetgegevens van Wetterskip Fryslân aan dat er een te hoge concentratie gewasbeschermingsmiddelen in een aantal sloten was’, zegt hij.
‘In een pilot gingen zes akkerbouwers aan de slag om de afspoeling van het perceel te verminderen. Onder andere door te werken met bredere akkerranden, een freestand tussen de aardappelruggen of uienbedden, een greppel voor de aardappelruggen en een andere manier van grondbewerking.’
In het project, waar nu 65 akkerbouwers aan meedoen, vervult proefbedrijf SPNA een belangrijke rol. ‘Hier worden de eerste proeven gedaan, waarna telers de keuze hebben welke maatregelen zij op het bedrijf willen inzetten. Zo wordt gewerkt aan haalbare en betaalbare oplossingen’, licht Feenstra toe.
De telers worden nu geconfronteerd met een forse beperking van middelen. ‘Er zijn nagenoeg geen normoverschrijdingen meer, maar dit wordt niet beloond. In de lobby om middelen te behouden, willen we met Wetterskip Fryslân en erfbetreders het resultaat van ons project op de kaart zetten, laten zien wat er gebeurt, maar helaas kon een bezoek van Haagse politici nog niet doorgaan.’