Melkveehouder Tom Lankhorst experimenteert met compostthee ter vervanging van kunstmest. Dat doet hij voor het DAW Impuls-project ‘Vooruit Boeren rond de Voorsterbeek’. De verwachting is dat het gebruik van compostthee leidt tot een betere fotosynthese en daarmee tot een vitalere plant en bodem.
Samen met zijn ouders runt Lankhorst een melkveebedrijf met 135 koeien en 75 stuks jongvee in het Gelderse Voorst. Ze pachten de grond en opstallen van Landgoed Beekzicht.
Ruim twee jaar geleden werden alle pachters op het landgoed uitgenodigd om te praten over de toekomst. Lankhorst: ‘Daarbij stond de vraag centraal hoe we elkaar kunnen helpen in een tijd waarin veel op de landbouwsector afkomt. Als een van de aandachtspunten kwam de waterhuishouding in het stroomgebied van de Voorsterbeek ter sprake. Om die reden is toen ook contact gelegd met waterschap Vallei en Veluwe.’
Tijdens de gesprekken die volgden over een verdere verduurzaming van de landbouw in het gebied, kwam de melkveehouder met het idee om een experiment met compostthee uit te voeren. Mede dankzij de financiële ondersteuning vanuit het DAW (Deltaplan Agrarisch Waterbeheer) Impuls-project van waterschap Vallei en Veluwe ging de proef afgelopen voorjaar van start.
Bij de proef is 6 hectare grasland opgeknipt in drie stroken: de middelste strook is van compostthee voorzien, terwijl de twee buitenste stroken op een gangbare manier zijn bemest. Met deze opzet is de werking van de compostthee goed te vergelijken met een reguliere bewerking.
Voor het ‘brouwen’ van de compostthee beschikt Lankhorst over een ketel van 800 liter. Daarin stopt hij als basisingrediënt een door wormen gecomposteerd organisch materiaal. Door de compost in water te laten weken en vervolgens te beluchten, komen voedingsstoffen en micro-organismen vrij in de vloeistof.
De composttheeproef loopt drie jaar, schetst de ondernemer: ‘In die periode onderzoeken we of de compostthee inderdaad bijdraagt aan een betere bodemstructuur, bodemvruchtbaarheid en daarmee aan een vitaler gewas. Gekwalificeerde onderzoekscentra voeren daarvoor analyses van grasmonsters uit.’
De eerste meetresultaten zijn binnen. Kirsten Snels, betrokken bij de proef namens LTO Noord, zegt dat het nog te vroeg is om conclusies te trekken. ‘Maar uit plantsapmetingen en versgrasmonsters zien we al wel enkele verschillen ten opzichte van de kunstmeststroken. Zo was er bij de eerste twee bespuitingen met compostthee sprake van meer mineralen in het gewas.’
Herhaling van de proef zal de komende jaren meer informatie opleveren. Snels: ‘Het idee is om de proef in het projectgebied verder uit te rollen. Daarbij is ruimte om het effect van compostthee ook bij andere gewassen te onderzoeken, zoals aardappelen en gerst.’