'Minder kunstmest gaat je zeker niet de kop kosten'

  • Bodem als basis
  • Bodem en Water

‘Hoe natuurlijker, hoe beter. Maar… dat betekent niet dat we de natuur niet tot het maximum kunnen benutten.’ Matthijs Baan is zoekende naar duurzaamheid en het beste gras. Hij besloot minder kunstmest te gebruiken. Na twee jaar toont de melkveehouder zijn cijfers en deelt hij het resultaat.

Matthijs Baan in het Zuid-Hollandse Molenaarsgraaf brengt zijn zuivel op creatieve wijze aan de man. Melk van één koe. De melk wordt niet gemengd, maar gaat per individuele koe de fles in. ‘Dat betekent dat de melk echt lekker moet zijn, van elke melkbeurt en van elke koe.’

De smaak van melk wordt vooral bepaald door het rantsoen, weet melkveespecialist Jan Ebskamp van ForFarmers. ‘Vet is het belangrijkst, maar ook eiwit, melksuiker en zouten spelen een rol. Veel jong blad zorgt voor een goede smaak van gras en daarmee een goede opname. Ook de vertering is beter. Jong gras, daar startte onze zoektocht.’

Baan neemt deel aan het LTO Noord-project Bodem als Basis. Daarin krijgen boeren, naast een cursus en verdiepingsbijeenkomsten, ook individueel bodemadvies. Samen met bodemexpert Joost van der Kroon keek Baan naar zijn persoonlijke bedrijfssituatie.

‘De veenbodem van Matthijs heeft al een grote stikstofvoorraad. Een simpele rekensom maakt snel duidelijk dat de verschillende vormen van mest die Matthijs gebruikt meer dan genoeg zijn voor de bodem’, legt bodemexpert Van der Kroon uit. ‘De kunstmest wordt voor een groot gedeelte niet benut. Dat is zonde.’

Na het adviesgesprek nam de melkveehouder een radicale beslissing: geen kunstmest meer. ‘Ik wilde eerst zien wat mijn gras doet zonder kunstmest.’ De strooier werd voor een jaar opgeborgen. ‘Ik ben het mijn hele leven al gewend om met de grond om te gaan als een petrischaaltje. Je weet precies wat je erin stopt en wat dat dan opbrengt. Deze omschakeling was veel spannender.’

Baan is volgens melkveespecialist Ebskamp sneller en korter gaan maaien. ‘Doordat je geen kunstmest gebruikt, is er ook geen kans op onafgewerkt stikstof in het gras dat zorgt voor een slechte vertering. Maar niet alles was rozengeur en maneschijn. Zonder kunstmest minder opbrengst. Hierdoor werd in 2022 ingeteerd op de voorraad. Al op 1 augustus gingen de eerste en tweede snede open.’

Bodem trainen

‘Dit tekort in het eerste jaar is niet zo raar’, vindt Van der Kroon. ‘Je moet de bodem en plant wel trainen. Als je gaat afbouwen met kunstmest, zul je daar zo’n twee tot drie jaar voor nodig hebben.’

De mate waarin mineralisatie plaatsvindt, hangt volgens de bodemexpert af van veel factoren, waaronder de temperatuur. ‘Het bodemleven gaat pas echt werken na de langste dag. Je moet dus zorgen dat je bodem eerder levert.’

Eerder leveren kan door vaste mest of bokashi in het najaar, geeft Van der Kroon aan. ‘Het bodemleven blijft dan langer actief. Een andere tactiek is het gras niet helemaal kort te laten eten voor de winter. Het lange gras werkt als een soort isolatiedeken, waardoor de bodem minder last heeft van weersinvloeden en warmer blijft.’

Om te zorgen dat hij dit jaar genoeg opbrengst zou halen, besloot Baan nu wel zijn eerste snede kunstmest te geven. Van der Kroon: ‘Door wel te bemesten als het nog erg koud is, zorg je dat je de lage temperaturen kan overbruggen.’

Resultaten op tafel

Nu Baan twee jaar bezig is, laat hij zijn resultaten zien aan de Bodem als Basis-boeren in de Alblasserwaard. Een groep van twintig deelnemers luistert aandachtig naar het verhaal van hun collega.

‘De resultaten zijn hoopvol. De gezondheid van mijn koeien is zichtbaar vooruitgegaan. Mijn koeien zijn misschien iets minder melk gaan leveren, maar hun levensproductie gaat wel vooruit en de kwaliteit van mijn rantsoen is toegenomen. De melk is gewoon lekkerder’, vertelt de melkveehouder.

‘Voor het financiële aspect heeft het weinig uitgemaakt’, rekent melkveespecialist Ebskamp. ‘Door minder kunstmest bespaar je natuurlijk een hoop geld en dat weegt aardig op tegen de productie die je verliest.’

Experimenteren met minder kunstmest moet je dus niet voor het geld doen, benadrukt Baan. ‘Het gaat je geen bakken geld opleveren door besparingen, maar je hoeft ook niet bang te zijn. Het gaat je zeker niet de kop kosten.’

Elke koe een ander flesje

Veehouder Matthijs Baan heeft een wereldprimeur in melkverwerking met zijn merk ElkeMelk. Door de melk per koe direct na het melken te verpakken, is deze verser en traceerbaarder dan ooit. Op elke fles staat van welke koe de melk in die fles komt en de melk heeft zijn eigen smaak en gehalten. De Hazendonkhoeve van Baan levert rechtstreeks aan Albert Heijn, waar klanten gebruik kunnen maken van de ElkeMelk-app. Hiermee kunnen ze alle koeien ‘sparen’, zodat ze van elke koe de melk een keer hebben gedronken. Om zijn melk de beste smaak te geven, neemt de Zuid-Hollandse ondernemer allerlei maatregelen. Zijn zoektocht daarin leverde hem dit jaar de prijs op voor beste ambachtelijke melk ter wereld.

Bron:

Nieuwe Oogst