LTO Nederland is verheugd over dit resultaat en ziet het als een belangrijke stap richting een betere balans tussen natuur en een leefbaar platteland.
De afgelopen jaren hebben pijnlijk duidelijk gemaakt dat de terugkeer van de wolf in een cultuurlandschap als Nederland desastreuze gevolgen met zich mee brengt. Alhoewel een wolf positieve effecten kan hebben op de biodiversiteit van een groot natuurgebied, is daar in een dichtbevolkt en verstedelijkt gebied als Nederland geen sprake meer van. De wolf stelt met name veehouders voor ingrijpende en soms onoverkomelijke keuzes. Ook heeft de wolf vergaande effecten op recreanten en bewoners van het buitengebied, waarmee de discussie rond de wolf zorgt voor hevige maatschappelijke discussie. De impact van wolven op landbouwhuisdieren, maar ook op natuurbegrazers en andere wilde dieren onderstreept én verantwoordt de noodzaak voor meer flexibiliteit in het beheer van de wolf. De verlaging van de beschermingsstatus biedt nationale en regionale overheden op termijn meer mogelijkheden om effectief op te treden in situaties waarin de aanwezigheid van wolven of individuen tot problemen leidt.
Noodzaak voor beheermaatregelen
De ‘strikt beschermde’ status van de wolf, die tot nu toe van kracht was, bood te weinig ruimte om proactief in te grijpen bij problematische situaties. De verlaging naar ‘beschermd’, zoals nu vastgesteld, geeft nationale en regionale overheden de mogelijkheid om op termijn effectievere maatregelen te nemen. Dit omvat bijvoorbeeld het verjagen van wolven of, in uiterste gevallen, het doden van dieren die onnatuurlijk en gevaarlijk gedrag vertonen. De urgentie en noodzaak voor deze stappen is groot, vooral in gebieden waar de wolven populatie snel toeneemt en de druk op landbouw en natuurbeheer groter wordt.
Ruimte voor preventief beheer
De verlaging van de beschermingsstatus creëert meer ruimte voor preventief beheer, waar LTO Nederland al jaren op aandringt. De wolf laat in het Nederlandse cultuurlandschap zijn sterke aanpassingsvermogen zien en met de vele mogelijkheden voor menselijke treffen/ontmoetingen verliest de wolf zijn natuurlijke schuwheid.
De huidige maatregelen om wolven te weren zijn beperkt, verliezen hun werking en vergen bovendien een enorme investering in tijd en geld. Het ophokken van vee, het plaatsen van hoge afrasteringen en het toepassen van kuddebeschermingsdieren behoort niet overal tot de (maatschappelijk gewenste) mogelijkheden.
Vervolgtraject
Alhoewel een meerderheid van het Permanent Comité van de Conventie van Bern ingestemd heeft met de verlaging van de beschermingsstatus, betekent dat niet dat de beschermingsstatus automatisch verlaagd is. Het aanpassen van de beschermingsstatus van de wolf is Europees namelijk vastgelegd in de Habitatrichtlijn. Het aanpassen van de beschermingsstatus van de wolf in de Habitatrichtlijn vereist daarom nogmaals een formele wijziging van de richtlijn en dat is een complex en tijdrovend proces. De Europese Commissie moet een voorstel doen om de beschermingsstatus van de wolf aan te passen. Hiertoe stelt de Europese Commissie een amendement op. Dit amendement wordt vervolgens in het Europees Parlement en in de Raad van de Europese Unie (Milieuraad) besproken. Een meerderheid van het Europees Parlement moet akkoord gaan met het amendement. Bij de Raad van de Europese Unie moet een gekwalificeerde meerderheid akkoord gaan (55% van de lidstaten die samen minstens 65% van de EU-bevolking vertegenwoordigen). Als het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie instemmen met het verlagen van de beschermingsstatus, wordt de wijziging formeel opgenomen in de Habitatrichtlijn.
Conventie van Bern
De Conventie van Bern is een belangrijk internationaal verdrag van de Raad van Europa, gericht op de bescherming van wilde dieren, planten en hun leefgebieden in Europa. Het verdrag stimuleert samenwerking tussen landen om bedreigde soorten en hun omgeving te behouden en te beschermen. De lidstaten van de Conventie van Bern omvatten zowel Europese landen als enkele niet-Europese landen. Jaarlijks evalueert het Permanent Comité van de Conventie de voortgang op het gebied van natuurbehoud en bespreekt het mogelijke aanpassingen in beschermingsmaatregelen. In deze hoedanigheid werd ook gekeken naar de situatie wat betreft de wolf.