Student Melvin Schoenmaker ziet mestvezelslangen als een gedeeltelijke oplossing voor het mestprobleem.
De eerste proef op het uienperceel van Aeres Farms in Dronten viel door de vele regen letterlijk in het water. Ondanks dat zien de Flevolandse studenten potentie.
De Achterhoekse melkveehouder ontwierp met financiële steun van het LTO Noord Innovatiefonds een machine die van mest buizen kan persen. Met de mestvezelslangen is dus geen sprake meer van plastic residuen. Extra interessant is dat met het water ook nutriënten worden afgegeven aan het gewas.
De ontwikkeling van de mestvezelslangen staat nog in de kinderschoenen, net zoals de toepassing. Aan Aeres-student Melvin Schoenmaker de eer om het idee op een uienperceel van het praktijkbedrijf uit te proberen.
De mestvezelslangen liggen op een uienbed van 55 meter aan de twee buitenste rijen. ‘De slangen gingen niet gemakkelijk de grond in’, zegt Schoenmaker. Studenten hebben met een sleuvenfrees sleuven van 14 centimeter diep gegraven. Daar zijn de stukken mestvezelbuis ingelegd. Daarna volgde de uitdaging om ze te koppelen.
Pionieren met wc-rollen
‘De buizen zijn fragiel en soms ook krom’, vervolgt Schoenmaker. De oplossing vonden de studenten in wc-rolletjes. ‘We plakten de buizen met vette klei aan elkaar, met de wc-rolletjes als tussenstuk.’ Daarna is een net zaaibed gemaakt door ondiep met een koplegger over het perceel te gaan. ‘Voorzichtig, om de buizen niet te raken.’
Om water door de irrigatiebuizen te krijgen is zowel aan het begin als aan het einde van het bed een gat gegraven. Daar loopt het water voorzichtig doorheen via een pompunit. Het gat heeft een overloop met vochtsensor. Als die reageert, is de poel vol.
Het was al een hele uitdaging voor de Aeres-studenten om het experiment goed op te zetten en de vele regen deed daar nog een schepje bovenop. De pompunit heeft amper aangestaan, want het hele veld stond gewoon onder water. Jammer van de proef, maar toch ziet Schoenmaker potentie. Volgens hem zouden de mestvezelslangen een gedeeltelijke oplossing kunnen zijn voor het mestprobleem.
‘Het overschot aan mest slim benutten door er irrigatiebuizen van te maken, waarom niet? Het is een mooi systeem. De slangen absorberen veel water. In tijden van droogte geeft de buis water met nutriënten af, een geweldige impuls voor de plant’, legt de student uit.
De onderzoeksvraag draaide om het verschil tussen normale druppelslangen en de mestbuizen, maar vanwege de nattigheid focussen de jonge akkerbouwers zich nu op het verbeteren van de mestvezelslangen. ‘Gescheiden koemest is de beste mest voor deze slangen’, stelt Schoenmaker. ‘Het liefst één buis in plaats van stukken die je aan elkaar moet koppelen.’
In Dronten bekijken de Aeres-studenten ook nog of ze een waterslang in de buis kunnen drukken die met een pomp water door de mestvezelbuis kan brengen.
Heb je ook een idee, maar geen financiering voor de uitwerking? Het LTO Noord Innovatiefonds kan hier misschien bij helpen.
Bron:
Lytsa Post, Nieuwe Oogst | Foto: Studio Kastermans