Wetgeving en voortgang
Afgelopen voorjaar is de Wet dieren aangepast om het onuitvoerbare amendement Vestering, dat eerder al aangenomen was, te vervangen voor een kader dat wel werkbaar is. Tegelijkertijd verplicht een aanvullend amendement dat er binnen een jaar voor iedere sector (varkens, pluimvee, vleeskalveren en melkvee) een algemene maatregel van bestuur (AMvB) komt, waarin wordt beschreven hoe een dierwaardige veehouderij er in 2040 uit moet zien. Dit betekent dat er veel werk op de plank ligt voor alle betrokken partijen.
Bij LTO Nederland zien we het als onze verantwoordelijkheid om in dit proces kort op de bal te zitten en de belangen van onze leden te vertegenwoordigen. Het is daarbij belangrijk om te benadrukken dat er nog geen definitieve keuzes zijn gemaakt.
Onze uitgangspunten
We zien dat de waarde die de maatschappij aan dieren en dierenwelzijn hecht toegenomen is en ook toe zal blijven nemen. Tegelijkertijd is onze kennis over dieren ook toegenomen. Voor een belangrijk deel wordt deze kennis al toegepast in de veehouderij. Het is echter noodzakelijk om met elkaar te blijven kijken hoe andere, dierwaardigere, systemen ontwikkeld kunnen worden. De ontwikkeling naar dierwaardigere systemen staat nooit stil. Hiervoor is wel een totaalpakket met verschillende instrumenten nodig, inclusief duidelijke randvoorwaarden die zorgen voor een werkbare toekomst voor onze sector. Onze inzet is helder:
- Vergunningverlening moet sterk verbeteren: veehouders die willen investeren in een dierwaardigere bedrijfsvoering, lopen vaak tegen complexe regelgeving en langdurige trajecten aan bij de vergunningverlening. Daarom moet de vergunningverlening sterk verbeterd én vereenvoudigd worden.
- Rol van de markt: grote investeringen in dierenwelzijn moeten langjarig geborgd zijn bij de afzet; de investeringen moeten immers terugverdiend kunnen worden in de markt.
- Financiering: banken en andere partijen moeten de overgang naar diergerichte systemen ondersteunen. Daarbij is financiële hulp vanuit de overheid essentieel. Bijvoorbeeld via subsidies of fiscale regelingen.
- Onafhankelijke monitoring: een onafhankelijke autoriteit moet toezien op de voortgang binnen de sector, maar ook op de markt en de overheid om stappen te kunnen zetten.
- Internationale context: de Nederlandse landbouw staat niet op zich, maar is onderdeel van een Europese en internationale markt. Dit vraagt om afstemming met Europese ontwikkelingen, zodat een gelijk speelveld wordt gewaarborgd.
Wat kunt u van ons verwachten?
De komende weken zal LTO de invulling van de AMvB’s vanuit het ministerie nauwlettend volgen. Dit is een cruciale fase waarin we de balans moeten opmaken tussen de verschillende onderdelen: het convenant, de AMvB’s en de onafhankelijke autoriteit. Deze onderdelen hangen nauw met elkaar samen en zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden bij het realiseren van werkbare oplossingen.
LTO zet zich in voor een dierwaardigere veehouderij, waarin een ondernemer ook duurzaam kan ondernemen. Binnen het convenant zetten we ons in voor een proces waarin sprake is van gespreide verantwoordelijkheid voor de sector, de markt en de overheid. Alleen samen kunnen we stappen zetten naar een dierwaardigere veehouderij.
Nieuwe Oogst sprak Elbert Roest, voorzitter hoofdtafel Convenant dierwaardige veehouderij. Lees hier het bericht.